Het assortiment vacuümovens van Carbolite Gero omvat vacuüm kamerovens, vacuüm stolpovens, bodemladingsovens, laboratorium vacuümovens, en vacuüm buisovens. Elke oven kan worden gebruikt met een reactief gas of een inert gas. De meeste producten in ons assortiment vacuümovens zijn verkrijgbaar met metaal-, grafiet- of keramische isolatie. Op verzoek kunnen grafietmodellen worden geconfigureerd om veilig te werken bij maximaal 3000°C.
Veel verschillende opties zijn beschikbaar voor het assortiment vacuümovens in de bestelfase, inclusief geavanceerde software, dataloggers, en geavanceerde digitale controllers. Deze vereenvoudigen extra niveaus van controle over de werking van de vacuümoven en bieden complete gegevensregistratiemogelijkheden. Bovendien kunnen in sommige gevallen verschillende pompen, vacuümsystemen en koelsystemen worden geleverd om aan specifieke vereisten te voldoen.
Al onze vacuümovens hebben een robuuste constructie en kunnen een snelle en zeer consistente verwarming in een gecontroleerde atmosfeer bieden, waardoor ze ideaal zijn voor tal van zware industriële en laboratoriumtoepassingen.
Gebruikelijke toepassingen van een vacuümoven omvatten solderen, sinteren, uitgloeien, ontgassen, drogen, temperen, blussen en harden. Een vacuümoven kan ook worden gebruikt voor metal injection moulding (MIM) of ceramic inject moulding (CIM) evenals metallisatie, siliconisering, carbonisatie en andere industriële processen.
Verschillende vacuümovens zijn het best geschikt voor diverse functies. Vacuüm stolpovens bieden de hoogst mogelijke zuiverheid, terwijl vacuümovens met bodemladingsmogelijkheden toegang tot monsters mogelijk maakt. Laboratorium vacuümovens hebben een compacter ontwerp dan andere modellen, waardoor ze goed geschikt zijn voor een onderzoeksomgeving. Onze vacuüm buisovens bevatten een verbeterde versie van ons niet-vacuümmodel en een speciaal gebouwde vacuümoven voor gebruik met waterstof.
A vacuum furnace enables heat treatment in vacuum. A distinction is made between cold and hot wall vacuum furnaces. Cold wall vacuum furnaces operate with a water-cooled vacuum recipient, which is kept cold during the entire heat treatment process. The heating elements are located inside this recipient. Hot wall vacuum furnaces on the other hand operate with heating elements located outside the vacuum-recipient (e.g., a ceramic or quartz tube) while the recipient is heated itself.
The maximum temperature of regular resistance-type heating elements in an air/oxidising environment is 1800°C. For temperatures above, a vacuum furnace must be used, and a non-oxidizing atmosphere must be applied. Vacuum furnaces allow temperatures up to 3000°C with resistance-type heating elements.
Many applications require vacuum heat treatment, for example vacuum soldering and brazing, vacuum annealing, sintering etc. In general, a vacuum furnace is required for any type of heat treatment in a defined, mostly non-oxidising, atmosphere. Additionally, it can also make sense to use a vacuum furnace for heat treatment with a defined oxygen concentration which is different from the air composition (e.g., 100% pure O2).
Of course, vacuum itself is a possible atmosphere for vacuum furnaces. Depending on the application, the vacuum level can be rough, fine, high, or even ultra-high vacuum. Additionally, as a vacuum furnace allows complete removal of the air atmosphere, it is also possible to work with various gases or mixtures, such as Argon, Nitrogen, Hydrogen, Carbon Monoxide, Helium etc.
Typically, graphite, molybdenum or tungsten heating elements are used in a (cold wall) vacuum furnace. Those elements possess low pressures even at high temperatures. In vacuum it is possible to achieve 2200°C, 1600°C and 2200°C respectively.